Vraag 1:
Is het College bekend met bovengenoemd rapport?
Antwoord 1:
Ja.
Vraag 2:
Deelt het College met ons de ongerustheid over mogelijke gevolgen voor de gezondheid voor omwonenden, ook in Maastricht?
Antwoord 2:
Wij vinden het prematuur om conclusies aan het voorliggende rapport te verbinden.
Het rapport bevestigt net als eerdere grootschalige meetcampagnes van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Hygiëne (RIVM) rondom Schiphol dat luchtvaart een bron is van ultrafijnstof. Het RIVM geeft aan dat zij in 2023 voor het eerst structureel ultrafijnstof in de lucht gaat meten. Dat is nodig omdat er volgens het RIVM nog weinig kennis is over ultrafijnstof zelf, de concentraties daarvan en de mogelijke gezondheidseffecten.
Vraag 3:
Is het College bereid, in navolging van de gemeente Meerssen, bij de minister aan te dringen op een volledige mer voor MAA? indien niet, waarom niet?
Antwoord 3:
Alvorens een Luchthavenbesluit genomen kan worden (bevoegd gezag Minister) moeten de milieueffecten hiervan integraal in beeld worden gebracht. Dat kan wettelijk aan de hand van een volledige MER-studie of aan de hand van een MER-beoordeling. Bij beide sporen moeten de onderzoeken voldoen aan door de Minister van Infrastructuur en Milieu gestelde kaders. MAA heeft hiertoe instructies gekregen van het Ministerie. Bij de MER-beoordeling is in het proces bovendien ook sprake van een participatie-traject voor omwonenden en andere belanghebbenden.
Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu beoordeelt eind 2023 formeel of de doorlopen beoordeling akkoord is, of dat alsnog een volledige MER –procedure moet worden doorlopen. Ons College wacht de uitkomst van dit proces af.
Vraag 4:
Is het rapport van Sensornet voor het college aankleding verdere actie te ondernemen, zoals bij de GGD aan te dringen op een gezondheidsonderzoek in Maastricht m.b.t. belasting door ultrafijnstof. met name onder de aanvliegroutes van MAA of enige andere actie? Indien niet, waarom niet?
Antwoord 4:
Dat is al in ontwikkeling.
Het voorliggende rapport is gebaseerd op 1 meetpunt over een relatief korte periode van 3 maanden. De provincie Limburg heeft in het kader van het Schone Lucht Akkoord subsidie ontvangen om op 4 locaties in Limburg de concentraties ultrafijnstof structureel te gaan meten, waaronder in de omgeving van MAA, maar ook bij andere mogelijke bronnen van uitstoot. Deze meetstations moeten in 2023 operationeel zijn. Zij zijn uitgerust om ook specifiek ultrafijnstof te meten en vormen onderdeel van het Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit. Als College volgen we de uitkomsten van dit proces.
GroenLinks vindt de beantwoording van het college ontoereikend. De nadelige effecten die Maastricht Aachen Airport heeft op de omgeving moeten worden aangepakt. Wij zullen ons hier voor blijven inzetten.