De kerstvakantie is begonnen. Twee weken lang geen vergaderingen en dikke enveloppen in de brievenbus. Maar voordat een ieder zich in kerstsferen kon gaan begeven, stond er nog een volle agenda op ons te wachten tijdens de laatste raadsvergadering. Het belangrijkste onderwerp ging over koopzondagen. John Ramaekers van TV Maastricht dacht daar anders over. Bij Aldus Besloten hoorde ik hem vertellen dat hij alle inhoudelijke onderwerpen voor zijn programma had geschrapt omdat er eigenlijk maar over één ding gesproken werd: het vertrek van Gerard van Rens. Als ik achteraf een verslag van de raadsvergadering in de krant lees of op TV zie, vraag ik me soms wel eens af, is dat dezelfde vergadering waar ik bij aanwezig was? Maar goed.
Een flinke discussie vond plaats over het onderwerp koopzondagen. Het college stelde voor om de beperkingen op het zogenaamde toeristische regime op te heffen. Daardoor kunnen in principe winkels elke zondag open. De raad heeft echter in het voorjaar gezegd geen flinke uitbreiding van het aantal koopzondagen te willen. Daarom stelt het college voor het aantal collectieve koopzondagen iets uit te breiden van 18 naar 20 (volgend jaar vanwege het vallen van de zondagen 21) en de grootwinkelbedrijven te laten verklaren dat zij maximaal die 20 zondagen per jaar hun deuren zullen openen. De gedachte hierachter is, en daar zijn veel deskundigen het over eens, de kracht van koopzondagen zit hem in het collectieve karakter. Dus als maar één winkel opengaat, zijn andere winkels niet geneigd of voelen zich niet gedwongen ook open te moeten zijn. Wel wordt er ruimte gecreëerd voor een aantal nieuwe formules zoals de boekhandel in de Dominicanerkerk en Mosae Gusto. De huidige Winkeltijdenwet is verouderd en maakt een strikt onderscheid tussen horeca, een winkelfunctie over het verkopen van voedsel. Dat er inmiddels winkelconcepten zijn die dat onderscheid niet meer maken, dat snapt de huidige Winkeltijdenwet niet.
GroenLinks vindt dat de druk op de leefbaarheid van onze binnenstad en de daarmee groeiende mobiliteit een halt moeten worden toegeroepen. Mensen willen lekker kunnen wonen in de binnenstad. Ook is het heerlijk om af en toe door de stad te kunnen banjeren zonder hordes toeristen en koopjesjagers om je heen. En files voor bijvoorbeeld de Vrijthofgarage hebben we echt al meer dan genoeg, dus meer mobiliteit kan de binnenstad gewoon niet hebben. Onze fractie vindt dan ook dat 20 koopzondagen het maximum aantal is en dat er maatregelen genomen moeten worden om de druk op de leefbaarheid en de groeiende mobiliteit onder controle te houden. Een mooi debat volgde. Vooral de VVD liet haar liberale principes varen door als overheid te gaan opleggen aan ondernemers en inwoners van de stad wat goed voor hen is. “Gaat u maar rustig slapen, wij zorgen voor u” is blijkbaar het nieuwe credo van de VVD. Als ik er met mensen over praat, zeggen de meesten dat zij niet willen dat de winkels elke zondag open gaan. Als ik dan uitleg dat dat ook helemaal niet het geval is, maar dat de boekhandel en Mosae Gusto elke zondag open mogen, speciaalzaken (zoals een traiteur of een bakker) dat mogen als ze dat willen en dat de grootwinkelbedrijven gewoon dicht blijven, wordt er massaal gereageerd met “ooohhhh, als ik dat eerder had geweten”. De VVD creëert naar mijn mening bewust een verkeerd beeld door te stellen dat alle winkels nu 52 koopzondagen open gaan. Dat is niet het geval en als winkels er toch toe besluiten massaal open te gaan, dan zijn wij er met z’n allen nog altijd bij om in te grijpen. Want dat zetten we het experiment gewoon stop. Kortom, de conservatieve stroming binnen de VVD lijkt definitief gewonnen te hebben. Alles moet blijven zoals het is en vernieuwing is maar eng. GroenLinks denkt daar echt anders over; we gaan samen een experiment aan, iedereen heeft daarin zijn eigen verantwoordelijkheid. Laten we in 2008 kijken hoe iedereen omgaat met die verantwoordelijkheid. En daarnaast nemen we als overheid maatregelen om te zorgen voor een goede leefbaarheid en minder mobiliteit. De inwoners van Maastricht hebben recht op een niet betuttelende overheid maar op een overheid die kansen schept, burgers en bedrijven verantwoordelijkheden geeft om die kansen te benutten en ongewenste effecten ongedaan maakt. Ach, zo weten we in ieder geval weer even waar we in het politieke speelveld aan toe zijn in Maastricht.
Komende weken dus even lekker vakantie. Ik wens je prettige feestdagen en alvast de beste wensen voor 2008. Tot volgend jaar!
Klik hier om te reageren op deze column (onder het bericht).